-
voorlopige voorziening toegewezen voor zes maanden.
-
voorlopige voorziening toegewezen voor zes maanden.
-
voorlopige voorziening toegewezen voor zes maanden.
-
Afwijzing verzoek tot faillietverklaring. Voor nader onderzoek naar en bewijs van de gang van
zaken en rechten over en weer is in een faillissementsprocedure geen ruimte. Bij die stand van zaken bestaat naar het oordeel van de rechtbank zodanige onzekerheid over de hardheid van de vordering van verzoekster dat faillietverklaring van verweerster in dit stadium niet aan de orde is
-
Afwijzing verzoek tot faillietverklaring. Vorderingsrecht verzoekster niet summierlijk gebleken.
-
Afwijzing verzoek tot faillietverklaring. Niet summierlijk gebleken van het vorderingsrecht van verzoeker sub 2 en van de opgevoerde steunvorderingen.
-
Afwijzing verzoek tot faillietverklaring. Geen toestand van te hebben opgehouden te betalen.
-
Faillietverklaring. Summierlijk gebleken van het vorderingsrecht van verzoekster en van pluraliteit van schuldeisers. Verzoekster heeft betaalvoorstel van verweerster afgewezen.
-
Faillietverklaring. Summierlijk gebleken van het vorderingsrecht van verzoeksters en dat verweerder in de toestand verkeert van te hebben opgehouden te betalen.
-
verzoek toepassing schuldsaneringsregeling; onvoldoende inspanning gemeente om tot minnelijke regeling te komen; daarnaast niet aannemelijk geworden dat verzoeker te goeder trouw is geweest in het onbetaald laten van zijn schulden: geschil met werkgever; arbeidsgeschikt maar niet gewerkt; om onduidelijke redenen niet overgegaan tot opzeggen arbeidsovereenkomst en aangaan andere dienstbetrekking.
-
Voordracht TBE toegewezen. Het plegen van een misdrijf is niet verenigbaar met de doelstellingen van de schuldsaneringsregeling. Hiermee heeft schuldenaar blijk gegeven van een niet-saneringsgezinde houding.
-
Tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling. Schuldenaar is toerekenbaar tekortgeschoten in de nakoming van de informatieverplichting, de afdrachtverplichting en de sollicitatieverplichting. Faillissement van rechtswege.
-
Tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling. Schuldenaar is toerekenbaar tekortgeschoten in de nakoming van de informatieverplichting, de afdrachtverplichting en de sollicitatieverplichting. Schuldenaar is niet ter zitting van 31 mei 2024 en 2 september 2024 verschenen.
-
voorlopige voorziening toegewezen voor zes maanden
-
Omzetting faillissement in Wsnp.
-
Artikel 350 lid 3, aanhef en onder c, Faillissementswet. Tussentijdse beëindiging wettelijke schuldsanering, strafbaar feit, inlichtingenplicht.
-
homologatie besloten WHOA-akkoord
-
Verzoek tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling naar aanleiding faillissementsverzoek.
Schulden niet te goeder trouw ontstaan. Beroep op hardheidsclausule afgewezen. Geen bestendige gedragsverandering en het niet optimaliseren van het inkomen.
-
Verzet gegrond. Faillissement vernietigd.
-
aansprakelijkheid (indirect) bestuurder voor faillissement vennootschap (art. 2:248 BW, leegtrekken vennootschap), vernietiging rechtshandelingen ogv art. 42 F
-
WSNP verzoek afgewezen. Verzoeker heeft een schuld uit een strafrechtelijke veroordeling die aan toelating tot de wettelijke schuldsaneringsregeling in de weg staat.
-
toewijzing gedwongen schuldregeling
-
toewijzing wettelijke schuldsaneringsregeling
-
toewijzing wettelijke schuldsaneringsregeling
-
toewijzing gedwongen schuldregeling
-
toewijzing gedwongen schuldregeling
-
weigering tussentijdse beëindiging
-
Ontslag van instantie in reconventie na faillissement eiser in reconventie. Artikel 27 lid 2 Fw.
-
Dwangakkoord toewijzen. Saneringskrediet. Voldoende aannemelijk dat het voorstel het maximaal haalbare is.
-
Dwangakkoord toewijzen. Saneringskrediet. Voldoende aannemelijk dat het voorstel het maximaal haalbare is. Sprake van psychische beperkingen welke nog steeds aantoonbaar aanwezig zijn.
-
Voorlopige voorziening afwijzen. Moratorium. Geen (spoedeisend) belang dan wel bedreigende situatie.
-
Voorlopige voorziening toewijzen. Zes maanden. Moratorium. Voldoende aannemelijk dat de lopende huurtermijnen zullen worden voldaan.
-
Voorlopige voorziening toewijzen. Zes maanden. Moratorium. Beschermingsbewind. Voldoende aannemelijk dat de lopende huurtermijnen zullen worden voldaan.
-
Voorlopige voorziening toewijzen. Zes maanden. Moratorium. Beschermingsbewind. Voldoende aannemelijk dat de lopende huurtermijnen zullen worden voldaan.
-
WHOA; verlenging afkoelingsperiode
-
Voorlopige voorziening toewijzen. Zes maanden. Moratorium. Voldoende aannemelijk dat de lopende huurtermijnen zullen worden voldaan.
-
Voorlopige voorziening toewijzen. Moratorium. Drie maanden. Voldoende aannemelijk dat de lopende huurtermijnen zullen worden voldaan. Afwijking van de verzochte termijn.
-
Voorlopige voorziening toewijzen. Zes maanden. Moratorium. Budgetbeheer. Beschermingsbewind. Voldoende aannemelijk dat de lopende huurtermijnen zullen worden voldaan.
-
Voorlopige voorziening toewijzen. Zes maanden. Moratorium. Budgetbeheer wordt opgestart. Voldoende aannemelijk dat de lopende huurtermijnen zullen worden voldaan.
-
Voorlopige voorziening afwijzen. Tweede verzoek moratorium. Zes maanden al verstreken. De wet voorziet niet in een mogelijkheid om een moratorium voor meer dan zes maanden uit te spreken.
-
Voorlopige voorziening afwijzen. Tweede verzoek moratorium. Zes maanden al verstreken. De wet voorziet niet in een mogelijkheid om een moratorium voor meer dan zes maanden uit te spreken.
-
Verzoek toelating schuldsanering afgewezen omdat schulden binnen 36 maanden kunnen worden betaald, het minnelijk traject onterecht is overgeslagen, geen geslaagd beroep kan worden gedaan op de hardheidsclausule en bij één verzoeker sprake is van psychosociale problematiek terwijl er geen stabiliteitsverklaring is ingebracht.
-
Faillissement; afwijzing eigen aangifte faillietverklaring; belangenafweging; geen baten (te verwachten); turboliquidatie; misbruik van bevoegdheid.
-
Beroep ex artikel 67 Fw tegen beslissing rechter-commissaris van 10 juni 2024. Beslissing wordt niet vernietigd. [appellante] is niet-ontvankelijk in haar hoger beroep.
-
Artikel 350 lid 3 Faillissementswet. Tussentijdse beëindiging WSNP. Benadeling schuldeisers, boedelachterstand, vrij te laten bedrag, nieuwe schulden, informatieplicht, verlenging looptijd.
-
Artikel 350 lid 3 Faillissementswet. Tussentijdse beëindiging WSNP. Toelatingsrechter onvoldoende geïnformeerd, informatieplicht geschonden, pandrecht geschonden.
-
Toewijzing dwangakkoord. Schuldeiser beroept zich wegens huurschuld op plaatsing op de crediteurenlijst en richt zich middels losse brief rechtstreeks tot de rechtbank. Rechtbank legt brief ter zitting voor aan de schuldenaar en KBNL. De schuld wordt niet 'herkend'. Enig verband met schuldenaar ontbreekt. Rechtbank ziet geen aanleiding om brief in oordeel te betrekken, daargelaten dat in de bri...
-
Toewijzing dwangakkoord. Rechtbank passeert onredelijk bezwaar schuldeiser. Deze weigert wegens het niet retourneren van aan schuldenaar geleverd product, en houdt daaraan vast, ook als hem door KBNL wordt uitgelegd dat het product bij een beslaglegging verloren is gegaan. Daarnaast is schuldaandeel van weigerende schuldeiser relatief gering en is een hogere bate bij WSNP uitgesloten.
-
Prejudiciële vragen (art. 392 Rv). Insolventierecht. Wsnp. Wat dient te worden verstaan onder 'eerste aflossing', 'in het kader van' en 'buitengerechtelijke schuldregeling als bedoeld in artikel 285, eerste lid, onder f' in art. 349a lid 1 Fw? Kan bij bepalen van termijn van schuldsaneringsregeling periode na eerste aflossing tot aan uitspraak tot toepassing van schuldsaneringsregeling alleen m...
-
Afwijzing dwangakkoord. Aanbod niet maximaal haalbare. Saneringsakkoord, verzoekster werkt parttime en volgt een opleiding.
